Kristel Vanhommerig woont en werkt op een melkvee-akkerbouwbedrijf in het Limburgse Simpelveld. Ze runt het bedrijf momenteel grotendeels alleen. - Foto's: Twan Wiermans BoerenlevenAchtergrond

Boerin Kristel: ‘ik sta mijn mannetje’

Haar man zit momenteel in de lappenmand. Daarom doet boerin Kristel de boerderij grotendeels alleen. ‘Ik focus me op de dingen die goed gaan.’

Een veelzijdig bedrijf, een jong gezin, een functie als raadslid en een echtgenoot in de lappenmand. Boerin Kristel Vanhommerig heeft momenteel wel heel veel ballen in de lucht te houden. Dat het lukt, komt doordat ze prioriteiten stelt. “Niet alle ballen hoeven even hoog.”

‘Ik greep mijn kans’

Kristel is een boerendochter. Thuis hadden ze melkvee maar als opvolger was ze eerst niet erg in beeld. “Toen mijn broers eens weg waren, greep ik mijn kans om trekker te rijden. Toen viel bij mijn vader het kwartje.”

Vijftien jaar zat ze met haar ouders in maatschap. Toen ze met Mark trouwde was het de bedoeling om hun beider bedrijven samen te voegen. Uiteindelijk bleken toekomstvisies te divers. Haar ouders bleven daarom boeren op hun bedrijf, Kristel ging als boerin met Mark aan de slag. Dat ze in de maatschap zit, is niet voor de vorm. Net als eerder op het ouderlijk bedrijf werkt ze volledig mee. Sinds een paar maanden doet ze de boerderij zelfs min of meer alleen. “Mijn man heeft een trap van een koe gehad. Zijn been en knie zijn ontstoken, hij moest ervoor opgenomen worden in het ziekenhuis. Het herstel duurt lang maar gelukkig gaat het wel de goede kant op.”

De koeien zijn eraan gewend dat mensen komen koeknuffelen.
De koeien zijn eraan gewend dat mensen komen koeknuffelen.

‘Ik ga het gesprek aan’

De bedrijfsverzorging komt, vrienden springen bij en ook haar schoonvader helpt veel mee. “Hij doet het werk nog heel graag.” Maar het leeuwendeel komt op de schouders van Kristel terecht. Voor de buitenwereld was het soms even schakelen dat ze met een vrouw van doen hadden. “Maar ik sta mijn mannetje en als iemand naar mijn man vraagt, ga ik het gesprek aan.”

Ik sta mijn mannetje en als iemand naar mijn man vraagt, ga ik het gesprek aan

Haar werkdag begint om zes uur ’s ochtends in de 2×8 rapid exit melkstal. “Tussen het melken door help ik de kinderen naar school, daarna ga ik voeren, insemineren of wat er dan ook maar gedaan moet worden.” Ook de huishoudelijke zaken liggen bij de boerin. Stofzuigen, wassen en boodschappen doen. “Ik houd niet erg van koken maar wel van lekker en gezond eten. Daarom kook ik toch maar zelf.”

Focus op wat wel lukt

Ze omschrijft haar leven als boerin momenteel als ‘high-life’. “Ja ik ben ’s avonds moe. Ja ik ben druk en niet alles lukt even goed. Maar ik focus me op wat er wel lukt. Ik heb maar twee handen en twee voeten. Als de keuken niet opgeruimd is, dan is dat maar zo. Morgen een nieuwe dag, nieuwe kansen.”

Het leven als boerin botst wel een beetje met haar perfectionistische aard. Die zegt dat alles juist wel tiptop in orde moet zijn. “Het is ook niet zo dat ik de boel de boel laat maar op dit moment ligt de focus op de gezondheid van mijn man, de kinderen en het vee.”

Koeknuffelen

En dan is er nog de neventak. “Schoolklassen komen en mensen kunnen hier komen koeknuffelen. Als ze bellen en het komt niet uit, dan durf ik ‘nee’ te zeggen. Ik ga geen valse verwachtingen wekken. Soms gaat het gewoon even niet, daar is altijd begrip voor.”

Met de neventak begon ze op verzoek van de plaatselijke VVV. “Koeknuffelen? Ik zag er eerst niks in maar het bleek een succes. Het is hartstikke leuk om mensen te ontvangen en te vertellen over ons bedrijf. Het is ook goed te combineren. Terwijl zij knuffelen, controleer ik of de koeien in orde zijn.”

Diergezondheid en welzijn is speerpunt

Die dagelijkse diercontrole is een belangrijk onderdeel van haar werk. Diergezondheid en dierenwelzijn vormen echt een speerpunt. “We houden er niet van om de koeien helemaal leeg te melken. Het gaat om de balans, ze moeten het wel bij kunnen benen. Bij ons zitten ze op 9.678 liter met 4,35% vet en 3,48% eiwit. Dat vinden we prima. Uitgangspunt is en blijft een goede gezondheid. Dat is voor ons veel leuker om mee te werken en onder aan de streep houd je ook nog eens meer over.” Trots is ze op de hoge leeftijd van hun veestapel. Als een koe weggaat, is die gemiddeld 7 jaar, 10 maanden en 6 dagen oud.

Het bedrijf, het ondernemerschap, de plek waar ze wonen, Kristel omschrijft dat alles als ideaal. “Het is hier zo mooi. Vlak bij het drielandenpunt, rondom de heuvels en toch binnen tien minuten in de stad. We hebben hier het beste van twee werelden.”

De dagelijkse diercontrole is een belangrijk onderdeel van het werk van Kristel.
De dagelijkse diercontrole is een belangrijk onderdeel van het werk van Kristel.

Wachten op vergunning

Toch hebben zij en Mark serieus over de grens gekeken. “Vanwege de wet- en regelgeving, ja. Onze koestal is verouderd. We proberen al acht jaar een vergunning te krijgen voor een nieuwe. We hebben genoeg fosfaatrechten en we werken duurzaam. Met een nieuwe, ruimere stal willen we het dierenwelzijn verder optimaliseren, emissiearm en energieneutraal zijn. En toch komt die vergunning maar niet. Dat steekt ons.

‘Emigreren leek een oplossing maar we hebben nog geen plek gevonden die net zo uniek is als waar we nu zitten’

Emigreren leek een oplossing maar tot op heden hebben we nog geen plek gevonden die net zo uniek is waar we nu zitten. Gefrustreerd ben ik er niet van, dat heeft geen zin. Ik blijf plezier houden in mijn werk en probeer de mogelijkheden te benutten. Het melkglas is bij mij altijd halfvol.”

Dit is een artikel in de Boerenleven-rubriek 'Boerin'. Meer verhalen uit deze rubriek vind je hier.

Beheer
WP Admin